Over Manon Vos
Ik ben geboren in Amsterdam (1970) en opgegroeid als jongste van vier kinderen. Zolang ik mij kan herinneren wilde ik arts worden: mensen weer ‘heel’ maken. Inmiddels begrijp ik dat dit vooral kwam doordat ik anderen wilde geven waar ik zelf behoefte aan had.
Na mijn studie Beleid en Management van de Gezondheidszorg heb ik diverse management- en directiefuncties bekleed en tenslotte maakte ik vijf jaar deel uit van de directie van Phoenix Opleidingen. Naast mijn werk investeerde ik in mijn persoonlijke ontwikkeling en volgde ik steeds meer mijn eigen pad.
Gaandeweg zag ik in dat mijn interesse vooral ligt bij persoonlijk leiderschap en vitaliteit. Ik ontdekte dat mijn passie ligt bij leiders en leidinggevenden die het belang inzien van het ontwikkelen van talent. Werkenderwijs begreep ik dat leiderschap gaat over jezelf ten diepste leren kennen, zodat je een evenwichtig antwoord kunt geven op de uitdagingen die het leven je biedt. Dat je weet wanneer je moet vastpakken en wanneer het beter is iets los te laten. Ik heb leren zien hoeveel verborgen potentieel er vrijkomt als een leider zichzelf als instrument kan inzetten.
In mijn werk zet ik mijzelf als instrument in en werk ik met mijn talent en levenservaring. Mijn vermogen vanuit veel verschillende perspectieven te kunnen kijken en mijn liefde voor verhalen zet ik hierbij in. Zelf heb ik ervaren hoe bevrijdend het kan zijn om dingen onder ogen te zien waar ik in eerste instantie liever niet naar keek.
Manon Vos (1970) voelt zich thuis in de bestuurlijke wereld. In haar carrière werkte ze in verschillende management- en bestuurlijke functies in de gezondheidszorg. Haar focus ligt nu op begeleiding van de leiders van organisaties en management teams die een verdieping willen brengen in hun samenwerking. Met haar kennis over de aansturing van organisaties en haar ervaring als trainer, lichaamsgericht therapeut en NLP master, weet zij snel tot de kern door te dringen. Manons motto is: “Als de waarheid wordt gesproken, hoe pijnlijk soms ook, ontstaat er rust.”